Open brief aan het Mortsels stadsbestuur

Op de gemeenteraad van 19 december 2023 verklaarde Burgemeester Broeckx dat alle specialisten- iedereen! – er over eens waren dat men met de Meerminne Campus, volgens de huidige normen, niets mee kan aanvangen en dat afbraak de enige optie is.

Hij begreep niet waarom de Groene fractie dit blijft ontkennen.

Om dat te begrijpen moeten we het geheugen van onze Burgemeester opfrissen en terug gaan in de geschiedenis nu bijna 10 jaar geleden.

Het klinkt als een verhaal van Asterix en Obelix :

Iedereen?

Nee, er was een externe deskundige, die nog meegewerkt had aan de renovatie van de Dossin Kazerne, die hier duidelijk een andere mening over had.

Met de toenmalige OCMW Fractie en enkele geïnteresseerden slaagde hij er in na een gesprek van uren ons te enthousiasmeren voor zijn ideeën.

Hij verleende gratis en vrijwillig zijn medewerking, hierbij zijn voornaamste conclusies:

Hij stelde heel duidelijk dat de huidige structuur geen pathologie of structurele problemen hebben die een afbraak zou eisen. Volgens hem was het mogelijk om studio’s of kleine appartementen te bouwen door middel van renovatie. Zo worden er oplossingen voorgesteld voor problemen die gesignaleerd werden, als zijnde: de lage plafonds, de centrale stookplaats. Wat betreft isolatie is het mogelijk te voldoen aan de normen, en zelfs verder te gaan, door onder andere aan de buitenkant te werken. De conclusie was dat renoveren een rendabel verhaal kon zijn. Je bespaart al direct de hele structuur met de fundering, samen met de opbouw van gevels en daken. Het is wel waar dat bepaalde ingrijpende werken moesten uitgevoerd worden en deze gepaard zouden gaan met een gedeeltelijk verwijderen van onderdelen, maar dit is niet te vergelijken met een volledige sloop. Daarnaast kon mits een goede keuze van afwerkingsmaterialen en in functie van de nieuwe bestemming, de kostenraming beperkt worden.

Technisch gezien was volgens de extern deskundige er dus geen enkele reden om a priori te beslissen dat het gebouw goed was om af te breken.

De externe deskundige gaf toe dat de renovatie moeilijk zou zijn maar zeker de moeite was om verder onderzocht te worden. Een garantie gaf hij niet.

De externe deskundige kreeg echter geen toelating om het gebouw te bezoeken, zelfs niet in bijzijn van een raadslid.

Op een druk bewoonde OCMW raad, bijgewoond door vele omwonenden, werd er bijna gesmeekt om in dialoog te gaan met mekaar. Bleek renovatie toch niet mogelijk, dan zou dat het draagvlak voor een noodzakelijke afbraak vergroten. Een win-win operatie dachten we in functie van het algemeen belang.

Onze vraag werd botweg afgewezen. Vermoedelijk enkel alleen omdat de vraag vanuit de oppositie werd gesteld.

Het vervolg is gekend.

Er werden mooie ambitieuze plannen gemaakt voor een nieuw welzijnshuis. Deze plannen zijn in rook opgegaan omdat ze niet voldeden aan de wettelijke verplichtingen.

Jaren en vele duizenden euro ’s zijn verloren gegaan.

De externe deskundige voorspelde lang op voorhand dat het welzijnshuis er nooit zou komen omdat het niet voldeed aan de wettelijke verplichtingen. Hij stelde bovendien dat in principe elk gebouw te renoveren is. Het hangt alleen af hoeveel geld men er wil aan besteden.

10 jaar geleden was het huidig bestuur, gesteund door diverse architecten! categoriek, de Meerminne was niet te renoveren en het Stadhuis daarentegen had geen structurele problemen.

Zonder twijfel heeft onze Burgemeester het goed voorgehad, maar ook goede mensen kunnen zich vergissen of zelfs verkeerde keuzes maken.

Wie had gedacht dat de renovatie van het Stadhuis juist de stelling van de externe deskundige zou bevestigen: ieder gebouw is te renoveren als men de prijs wenst te betalen.

De renovatie van het Stadhuis wordt nu -voorlopig- geraamd op meer dan 20 miljoen euro in plaats van de oorspronkelijke raming 13,6 miljoen euro.

Hopelijk begrijpt het Stadsbestuur de houding van de Groene fractie nu iets beter.

Wat er ook van zij, de toenmalige weigering van dialoog is een historische vergissing gebleken.

Meer samenwerking tussen meerderheid en oppositie, het blijft ook nu nog een werkpunt in het belang van de Mortselaar.


Imagine

Onlangs stelde ik aan een vooraanstaande historicus de volgende vraag: ‘Ik probeer te begrijpen hoe het kan dat een geschiedkundige tegelijkertijd ook een (Vlaams)nationalist kan zijn. Ik kan er niet bij. In mijn ogen is het nationalisme doorheen de geschiedenis een belangrijke factor in het veroorzaken van conflicten, oorlogen en polarisatie. Kunt U mij daar wat meer inzicht bijbrengen?’

Zijn antwoord komt in essentie hier op neer: Waar mensen samenleven is er iets als een gelaagde groepsidentiteit, waarin cultureel behoren een grote rol speelt. Een mens heeft nood aan een groepsidentiteit, godsdienst en de natie vormen onze identiteit als groep. Godsdienst en nationalisme hebben een mobiliserende kracht, zijn soms een zegen en vloek tegelijk. Godsdienst en natie kunnen mensen verbinden.

Maar, zo zegt hij zoals bij de godsdienstige staten kan ook de gelaïciseerde natiestaat verglijden naar polarisering en geweld. Er zal altijd een spanning zijn, wie mag er tot de natie behoren? Hoever gaat onze solidariteit? Nationalisme is een sterke kracht die tot die tot massaoorlog kan leiden, en in de meest uiterste variante kan uitlopen op genocide (bv. ex-Joegoslavië).

Nationalisme kan verder ook de democratie ondermijnen wanneer ze de interne diversiteit, het interne pluralisme, bemoeilijkt. Nationalisme kan zelfs leiden tot het opheffen van de democratie en de invoering van een éénpartijstaat (bv. nazi-Duitsland; het nazisme was een gelaïciseerde totalitaire religie).

John Lennon zong er al over in het lied Imagine:

‘Imagine there's no countries It isn't hard to do Nothing to kill or die for No religion too’

De mens heeft nood aan een groepsidentiteit begrijp ik nu beter. De Europese identiteit neemt in zijn overwegingen een belangrijke plaats in. In zijn ogen bestaat wereldsolidariteit bijna niet en er zullen altijd grenzen tussen ‘wij’ en ‘zij’ zijn, welke ook de inhumane gevolgen ervan soms kunnen zijn.

Is dat nu niet het echte probleem, dat we te weinig wereldburgers zijn?

Neem nu Afrika. Elisabeth Wathuti, de klimaatactiviste, stelt dat terwijl honderdduizenden mensen hun dorpen dienen te verlaten en zwerven op zoek naar water en vruchtbaar land, zijn de rijke aardbewoners vooral bezig met het nastreven van hun pleziertjes. Waar blijft het Marchallplan voor Afrika en de aandacht voor de vele vergeten oorlogen in dat continent en mondiaal?

De ecologisten zeggen het al langer, we hebben maar één aarde. We zijn allen aardbewoners, tot spijt wie het benijdt, verbonden met mekaar. Als we de geo-politieke machtsspelletjes nu eens overboord gooien? En de zorg voor de aarde en het welzijn van zijn inwoners voorop zouden stellen?

Geen ‘wij’ en ‘zij’ meer, maar allemaal wereldburgers!

Imagine

Column verschenen in het Zilverblad, diemaandelijks tijdschrift van Groen Plus, zomer 23


Gevraagd: Mededogen voor leefloners

Wat ik mis in de berichtgeving en de commentaren over de verdubbeling van het aantal leefloners in twintig jaar is het woord mededogen.

Het is ronduit stuitend dat Francken het leefloon als een ‘sofasysteem’ omschrijft. Het leefloon ligt nog steeds onder de armoede grens. Als je weet dat een appartement huren dat geen krot genoemd kan worden vaak minstens 700 per maand kost. Reken dan nog de vaste kosten, energie, brandverzekering, telecommunicatie, kleding, vervoer. Dan mag je blij zijn dat er 70 euro overblijft voor voeding, ontspanning of onverwachtse kosten. Niet verwonderlijk dat in tijden van inflatie steeds meer mensen uit bittere noodzaak beroep doen op de voedselbanken. Het bedrag van het leefloon nog verminderen, te gek voor woorden.

De maskers vallen af, de NVA is niet alleen een Vlaams Nationalistische partij, wat hun goed recht is, maar bovenal een zéér liberale partij, maar wél één van de harde lijn, koud en kil! Hun programmapunt rond de leefloners getuigt van een gebrek aan inlevingsvermogen en gaat uit van wantrouwen in plaats van mededogen.

Als voormalig lid van een Bijzonder Comité voor de sociale dienst ben ik bevoorrechte getuige geweest van de verhalen van leefloners die behoren tot de zogenaamde ‘ harde kern’. Vaak mensen met een traumatische voorgeschiedenis van mishandeling, seksueel misbruik, met weinig gekende basisveiligheid tijdens de jeugd en ga zomaar door. En dan spreken we nog niet over aangeboren beperkingen en of verslavingsproblematieken. Kortom een veelheid van problemen. Veel mensen knokken dagelijks om het er het beste van te maken, wat ons respect verdient, in plaats van hen als onwerkwilligen te bestempelen. Typisch een veroordelende blik van diegenen die het goed hebben, beschamend.

Natuurlijk is het hebben van werk een belangrijke springplank naar een beter leven, niet alleen wat inkomen betreft, maar ook naar het verbeteren van de eigenwaarde en het gevoel bij de samenleving te horen. Het is echter een illusie om te verwachten dat iedereen aan het werk kan geraken. Ook diegenen die niet mee kunnen hebben recht op een menswaardig leven. Het is ook erg kort uit de bocht om te beweren dat de sociale zekerheid daardoor onder druk komt te staan.

Herverdeling van de rijkdom zal meer zoden aan de dijk brengen om de betaalbaarheid van de sociale zekerheid te vrijwaren. Laten we de solidariteit niet ondergraven en een tegenstroom op gang brengen tegen het eenzijdig individualistisch neo-liberaal denken.

Een suggestie : lees het boek van Paul Verhaeghe ‘onbehagen’, dan komen we een eind verder.


De missie van Groen: het bevorderen van de levenskwaliteit

In het programma van Groen staat heel duidelijk dat de economie het welzijn van de mens moet bevorderen, en niet enkel winst voor de aandeelhouders. De vrije markt moet ten dienst staan van de mens. De vooruitgang moet niet gaan naar nog meer consumeren maar naar meer kwaliteit van het leven.

Kwaliteit van het leven is de grondtoon van het ecologisme.

Daarom moet je de ongelijkheid en armoede aanpakken Leven in armoede is een aanslag op de kwaliteit van het leven. De klimaatcrisis en ook de biodiversiteitscrisis bedreigt de kwaliteit van het leven, de teloorgang van de democratie en de opkomst van populisten en extremen bedreigen ook op termijn een kwalitatief leven, zo leert ons de geschiedenis.

Jammer genoeg wordt een lange termijn denken in de politiek weinig beloond, de waan van de dag overheerst de media. De media zetten te weinig de realisaties van de politiek in de verf. Op die manier wordt een voedingsbodem van verzuring en antipolitiek gestimuleerd.

Groen zorgt voor meer levenskwaliteit, dat zie je aan de steden en gemeenten waar ze mee het beleid uitmaken, soms met vallen en opstaan, de perfectie bestaat immers niet. Zonder Groen had het sociaal energietarief een muis gebaard. De energietransitie zou nog steeds in de startblokken zijn blijven steken en ga zo nog maar even door. De klimaattransitie zal sociaal zijn of niet zijn.

Positieve realisaties van de politiek, denk maar aan de 6 miljard coronasteun, worden teveel als evident beschouwd. De waarde van een compromis wordt systematisch ondergraaft en de strijd om ideeën wordt teveel gekaderd als ruzie maken, terwijl dit behoort tot de essentie van de democratie. Er wordt een beeld opgehangen alsof er in België niets werkt. In verhouding met andere landen heeft ons land de corona en de energiecrisis goed doorstaan, soms met de bluts en de buil, een wereldwijd fenomeen. De koopkracht is mede dankzij het indexmechanisme, uniek in Europa, zelf gestegen.

Wij Belgen leven in het rijke westen en onze welvaart hebben we mede te danken aan de grondstoffen van de derde wereld en de vele buitenlandse werkkrachten. 3/4° van de Belgen consumeren meer dan ooit tevoren, de nieuwe religie zou je denken, gaan veel op reis en restaurantbezoek maakt onderdeel van het dagelijks leven. En toch stijgt paradoxaal de ontevredenheid. Mede dankzij het sluipend gif van de zogenaamde ‘sociale media’. 

Natuurlijk moet er gedacht worden aan een modernisering van het partijsysteem en de partijfinanciering. Maar gooi ondertussen niet het kind met het badwater weg.

Het wordt tijd om een tegenstroom op gang te brengen en een boodschap van hoop en mededogen te verkondigen.

De kwaliteit van het leven als leidraad te nemen door verder onrecht te bestrijden, maar ook door dankbaar te zijn voor wat we wel hebben.

Politiek is het algemeen belang dienen. Dit kan best door het bevorderen van de levenskwaliteit als leidraad te nemen.


Koud en kil

Een klein bericht in de krant deed Ome Rik bijna uit zijn rolstoel vallen: ‘Het leefloon zou deels moeten worden uitbetaald in maaltijdcheques om zeker te zijn dat het naar essentiële zaken gaat’.

Neen, dit is geen 1 april grap, maar één van de voorstellen van de Ondervoorzitter van de N-VA Steven Vandeput die zullen besproken worden op het ledencongres van de partij in mei. Even de feiten op een rijtje: Het leefloon voor een alleenstaande bedraagt momenteel 1214, 13 euro per maand. Onder de armoedegrens die voor een alleenstaande momenteel 1366 euro bedraagt.

De heer Vandeput moet toch geen kei in hoofdrekenen geweest zijn. In de stedelijke gebieden is het zoeken naar een speld in de hooiberg om een appartement te vinden dat geen krot kan genoemd worden onder de 650 euro per maand. Reken dan nog de vaste kosten, energie, telecommunicatie, kleding, vervoer, brandverzekering. Dan mag je erg blij zijn als er 70 euro per week overblijft voor voeding, ontspanning of onverwachte kosten. Niet verwonderlijk dat in deze tijden van inflatie steeds meer mensen uit bittere noodzaak beroep doen op de voedselbanken.

Wetenschappelijk onderzoek toont aan dat het aantal misbruiken in de toekenning van het leefloon grote uitzonderingen zijn. De huidige wetgeving voorziet hiervoor voldoende duidelijke sancties voor het geval dat.

Armoede is een onrecht waar tegen gestreden moet worden en waar op zijn minst mededogen op zijn plaats is. Het voorstel van de ondervoorzitter van de N-VA gaat uit van het tegendeel, van wantrouwen en getuigt van een gebrek aan inlevingsvermogen.

Hebben we hiervoor zes staatshervormingen moeten ondergaan?

De slogan ‘Wat we zelf doen, doen we beter’ krijgt nu echt wel een bittere nasmaak. Het Vlaamse nationalisme is geen meerwaarde gebleken en blijkt niet in staat te zijn om de uitdagingen van deze tijd, de klimaatcrisis, de armoede, de ongelijkheid en het vertrouwen in de politiek aan te pakken.

Dan liever tabula Rasa en een zevende staatshervorming naar het Zwitsers kantonmodel. Een kleine federale regering met de provincies als belangrijk beleidsniveau en gemeentebesturen met meer bevoegdheden. De 10 provinciën zoals het vroeger echt was ten tijde van de Bourgondiërs. Minder regeringen, minder parlementen, de politiek dichter bij de mensen.

Een deel van het leefloon uitbetalen in maaltijdcheques, te gek voor woorden.

Een haiku dan maar:

Armoede geen zorg

Mededogen verdwenen

Buiten huilt de wind

Het is geen warme zomerbries komende uit het zuiden.

Het is een wind met een gevoelstemperatuur onder het vriespunt.

Een wind waar je rillingen van krijgt.

Koud en kil.