Vertel me over vrijheid

Een radioprogramma met als onderwerp 'detentie' doet me terug gaan in de tijd naar het begin van mijn loopbaan. In de jaren tachtig heeft Ome Rik immers enkele jaren als maatschappelijk assistent gewerkt in de gevangenis.

Vrijheidsberoving betekent letterlijk niet kunnen gaan en staan waar je wil. In een cel kun je welgeteld drie stappen zetten. Tenminste als je niet met drieen de cel moet delen. Want dan ligt er vaak nog een matras op de grond en dan kun je geen kant meer op. Geloof het, of geloof het niet, veertig jaar later worden er nog steeds matrassen bijgelegd. En dan spreken we nog niet over de stank als je binnen deze erg kleine ruimte naar toilet moet. Privacy onbestaande, een wensdroom. Vrijheidsberoving betekent ook dat je niets meer te zeggen hebt. De dagindeling is voor jou bepaald. Ook al heb je nu in sommige gevangenissen iets meer comfort, alles moet aangevraagd worden. Je bent afhankelijk, gunsten moeten toegestaan worden. Er is maar één vraag die telt, hoe geraak ik zo snel mogelijk buiten?

Je hoeft niet in de gevangenis te zitten om in je gaan en staan beperkt te zijn.

Norbert, een onlangs overleden lotgenoot, zei me nog niet zo lang geleden: 'Vroeger kon ik zelf kilometers gaan, nu moet ik me afvragen, hoe geraak ik daar, kan ik er met mijn rolstoel binnen geraken, kan ik er naar toilet?

Als je een hindernis hebt genomen, duikt er steeds weer een nieuwe op in het land van niet meer kunnen. In een land waar inclusie vaak dode letter is. Gelukkig is er ook, als opsteker, de uitspraak van Stephen Hawking:'Kijk niet naar je voeten maar naar de sterren'.

De realiteit van niet meer kunnen wordt je soms onverwachts voor de voeten geschoven.

'Je kunt niet stappen', zegt de kleuter onbevangen, toen ze mij zag zitten in mijn rolstoel.

'Dat klopt', zeg ik. 'Stappen is nochtans leuk', en weg is ze.

De waarheid komt uit een kindermond, zegt men.

Méér nog.

Misschien is deze kleuter wel en filosofe in spe. Haar woorden doen me denken aan het boek van mijn voormalige prof moraalfilosofie, met als titel:

Vertel me over  vrijheid.


Met Kafka op den tram

De vervoersmaatschappij de Lijn maakt volgens haar website werk van een toegankelijkheidsbeleid. Op meer mobiele lijnen is zelfs de reservatieplicht weggevallen  De nieuwe hermelijntrams zijn helemaal uitgerust, met voorbehouden plaatsen. Veel investeringen voor een broodnodige inhaalbeweging, veelbelovend.

Nu, Ome Rik, noodgedwongen overgeschakeld is van een scootmobiel naar een elektrische rolstoel zou er een nieuwe wereld voor hem opengaan. Scootmobielen mogen immers niet op tram of bus, elektrische rolstoelen wel. Elk nadeel heeft ook zijn voordeel, denk je dan. Hoe waardevol het vervoer via de rolwagentaxi ook is, er gaat niets boven onafhankelijkheid. Geen reservatie meer, geen beginuur of einduur dat vooraf vermeld moet worden, niet mee in de file staan, je zou voor minder vrolijk worden.

Hoe het systeem dient te werken heb ik ondervonden in Kopenhagen. De rolstoelgebruiker op het perron maakt de trambestuur via een teken zich kenbaar aan de bestuurder. Deze komt met het aangepast gereedschap naar de opstapplaats en klapt de drempelbrug open. De rolstoelgebruiker deelt aan de bestuurder zijn bestemming mee, en neemt zijn plaats in.  Dit alles neemt een minuutje in beslag. Aangekomen op de bestemming doet de bestuurder automatisch het nodige.

Tijd om poging te wagen. De eerste maal, toch maar wat op veilig gespeeld, mijn broer gevraagd als buddy.

Op een mooie lente dag...

Daar is hij dan, een nieuwe hermelijntram op lijn 15.

De bestuurder diende  aangesproken te worden te worden om het platform te openen. 'Dat is nog nooit open geweest', zei de bestuurder beduusd. Aangepast materiaal was niet voorhandig, dus vol goede wil probeerde hij het met zijn sleutelbos, wat natuurlijk niet lukte. 'Mijn excusus, maar ik moet voort, probeer maar bij de volgende tram'.

De volgende bestuurder kwam wel uit eigen beweging. Maar weer geen materiaal, met de eigenaardige opmerking, 'kun je dat niet zelf''. 'Ik zal is gaan zien of ik iets vind'. De bestuurder kwam terug met een signaalbord, welke ook steek-over vrijwilligers gebruiken. Met het achtereinde van het signaalbord werd de hendel opgemaakt. Bij de eindbestemming leek de speciale signalisatie knop niet te hebben gewerkt, want men broer diende de bestuurder te roepen om het nodige te doen.

De terugweg begon hoopvol, de bestuurder kwam zelfstandig met zowaar aangepast materiaal. Wel wat onwennig , maar het ging vrij vlot. Bij de eindbestemming gingen de deuren openen, maar de bestuurder kwam niet opdagen. Groot was de verbazing toen mijn  broer de bestuurder ging halen Tijdens de rit was er zonder dat we het gemerkt hadden, een wisseling van de wacht geweest.  ' Ik weet niet hoe ik dat moet doen, dat zal niet gaan'. 'Dan doe ik het zelf wel', zei mijn broer, neemde het signaalbord dat achter de stuur van de bestuurder stond en klaarde de klus in een handomdraai. 'Kom dan toch kijken hoe jij het moet doen', zei ik nog tevergeefs. De bestuurder bleef in  de cabine zitten. Hallucinante ervaring.

Het is niet de bedoeling van Ome Rik om individuele bestuurders te viseren.  Het gaat om een structureel probleem. Als het  de Lijn het menens is met haar goede voornemens dan dient men op zijn minst haar eigen bestuurders wat wegwijs te maken. Wat is er mis met het goede oude rollenspel?

Er is nog veel werk aan de winkel. Maar Cicero zei het al :' Zo lang er leven is, is er hoop'.

Want zie het kan. Onlangs zag ik een lotgenote in een elektrische rolstoel zelfstandig uit de bus het perron oprijden.

Ik weet het nu wel.

Op een mooie lentedag...

Neem ik de bus.

Open brief aan Vlaams Minister Ben Weyts, Minster van Mobliteit,Openbare Werken, Vlaamse Rand, Toerisme, Dierenwelzijn. Aan Roger Kesteloot, Directeur - Generaal de LIJN


Het ene leven is het andere niet.

Het is weinig mensen gegeven. Eenvoudig een ingewikkeld onderwerp uitgelegd krijgen. Het is een kunst.

Afrikacorrespondent Bram Vermeulen kan het als geen ander, als hij het heeft over jawel...migratie.

Ik weet het wel, Ome Rik begeeft zich op glad ijs, hetzij zo.

Migratie is van alle tijden en alle landen.Dat is algemene kennis. Maar geef toe, dat een Nederlandse bootvluchteling, Jan Van Riebeck, de stichter is van Kaapstad, als geheugensteuntje kan dat tellen.

Spaanse conquistadores veroverden en plunderden Latijns Amerika. Voor miljoenen Europeanen werd de nieuwe wereld hun nieuwe thuis. Door de kolonisatie werden de grondstoffen in Afrika leeggeroofd. Tot op vandaag danken wij daar veel van onze welvaart aan. Denk bijvoorbeeld maar aan lithiumbatterijen, smartphones en vele andere producten.

In Belgie waren er in 2017 circa 20.000 asielaanvragen, waarvan er 14.000  erkend zijn.

In Libanon, met zijn vier miljoen inwoners worden, 1 miljoen vluchtelingen opgevangen. In Jordanie zelfs meer dan een miljoen.

Zo kent Zuid-Afrika, tengevolge van interne migratie binnen het continent, tussen de twee en vijf miljoen immigranten, Congolezen, Mozambikanen, en zowat de helft van de Zimbabwanen...

En toch wordt migratie bij ons als een groot probleem benoemd. Met polarisatie en populisme tot gevolg.

Ergens ten zuiden van Italie, zegt de Kameroense Filosoof, Achille Mbemke, ligt een onzichtbare grens. In Europa is alle comfort aanwezig, scholen, gezondheidszorg, mensenrechten, vrijheden. Aan de andere kant van de onzichtbare grens geldt dat allemaal niet. Die mensen mag je beschieten, laten verdrinken, letterlijk de woestijn insturen...

De mensen met migratieachtergrond in Belgie sturen meer geld terug naar Afrika, dan heel het budget dat gegeven wordt aan ontwikkelingshulp. Een mooie stelling, in feite een vorm van herverdeling. Europa kan zo iets terug doen.

De voormalige bondskandelier Konrad Adenauer zei het al : 'we leven allemaal onder dezelfde hemel, maar hebben niet allemaal dezelfde horizon' 

Het ene leven is het andere niet.


Hij komt, Hij komt.

De kracht van de verandering, klimatchange. Verandering staat hoog op de agenda.

Het doet me terug denken aan mijn grootmoeder, geboren in het begin van de 20 ste eeuw. Mijn grootmoeder, die kapitaalkrachtig was, had al in 1920 een eigen auto, toen er nog geen sprake was van files. In die tijd was er geen internet, het woord globalisering, stond nog niet in het woordenboek. Vele mensen hadden in hun leven nog nooit de zee gezien en wisten niet wat er in de nabije stad gebeurde, laat staan aan de andere kant van de wereld. Verandering zorgde toen al voor weerstanden. Zo gruwelde mijn grootmoeder van de invoering van het jaarlijks verlof, welke toeliet dat 'het plebs'  op vakantiedagen de kust overspoelden. Maar hoe kon mijn grootmoeder toen weten dat de mens in 1969 naar de maan zou vliegen?  Verandering is  dus niet iets om per se schrik van te hebben. Het heeft geleid tot een gezondheidsrevolutie, democratisering van het onderwijs, een sociale zekerheid die vele landen het nakijken geeft.

En toch, verandering is niet noodzakelijk een verbetering. Nu weten we dat de consumptiemaatschappij een afvalberg heeft doen onstaan om U te zeggen. Dat vooruitgang, het economisch model van ongebreidelde groei, een CO2 uitstoot heeft veroorzaakt in die mate dat we kunnen spreken van een bedreiging voor onze kleinkinderen . En dan spreken we nog niet van de luchtvervuiling,het fijn stof. Als verandering betekent het terugkeren van nationalisme met zijn oorlogen en conflicten, het wegvallen van de Europese Unie... daar past Ome Rik voor. Sommige veranderingen hadden beter niet plaatsgevonden. Was er nog maar een brouwer, een bakker of een melkboer die aan huis komt leveren, om maar iets te noemen.

Echte veranderingen onstaan door bewegingen van onderuit. Denk maar aan de strijd voor het algemeen stemrecht, de strijd voor vrouwenrechten.En soms omdat een buitengewoon iemand opstaat. Zoals Mahatma Ghandi, of Nelson Mandela. Personen die het verschil maakten.

Barak Obama zei het al : 'verandering vind plaats wanneer gewone mensen buitengewone dingen doen'. Het geeft hoop.

Dat is wat er nu gebeurt met de jonge klimaatbetogers. Gewone mensen die buitengewone dingen doen en hoop geven.

Wees niet bevreesd. Het staat in de sterren geschreven.

De eco(re)volutie...

Hij komt, Hij komt.


Het is weer (even) voorbij

Altijd blij dat het de maand februari is.

Begrijp me niet verkeerd, ook Ome Rik holt de tijd achterna. Je kan zeggen het is weeral februari, en klagen het gaat allemaal  te snel. En toch. Februari  is niet alleen de maand dat je kan dromen van de Elfstedentocht, maar het is ook een tijd van opluchting. Het is weer voorbij, niet alleen de vele nieuwjaarsrecepties, maar vooral het is, het voorlopig einde van de koopjeswoede.

Het begint in november al met Halloween, Sinterklaas, de eindejaarsaankopen, black Friday, de solden, het autosalon. De rust is maar van heel korte duur, want zie het vakantiesalon is van start gegaan,  de euro's kunnen weer in omloop gebracht worden.

Zoals een mooie schrijfster me gezegd heeft, we rennen de economie achterna, alsof de solden ons meer mens maakt.

Nogmaals begrijp me niet verkeerd. Ik ben niet tegen het kopen van een geschenk, of wat kledij, een auto of een vakantie. Maar kan het echt niet wat minder?

Je hoort het elk jaar weer opnieuw de hoera berichten achteraf. De solden waren een succes, al mocht het wel iets meer zijn, jammer van het slechte weer... Er zijn weer veel auto's verkocht, gelukkig minder dieselwagens, dus het gaat de goede kant op.

Is dat wel zo?

 Ome Rik is niet de enige die zich vragen stelt. Net vandaag Dirk De Wachter, je kent hem wel de gekende  psychiater, gehoord op de radio : 'onze consumptiemaatschappij houdt ons allemaal pseudo-noodzakelijke dingen voor, het gewone kost niets'.

Doen we niet aan roofbouw van onze schaarste grondtoffen en ondermijnen we zo niet onze mentale gezondheid?

Het lijkt erop dat de geschiedenis zich herhaalt.

In het oude testament werd het gouden kalf aanbeden, nu lijkt het er op dat de consumptiemaatschappij de nieuwe religie is.

Wie zal het zeggen?

Als we dàt nu eens met zijn allen afspreken, koop iets als  je het nodig hebt. Daarmee komen we al een eind.

Dit gezegd zijnde, als een te late nieuwjaarswens.

In ieder geval, gelukkig is het februari.

Het is weer (even) voorbij.